Smart farming
Onderwerp
Smart farming
Natuurlijk is het prettig als het voer op tijd in de bakken valt en de melkmachine de koeien melkt. In de veehouderij worden de bedrijven groter en wordt er meer geautomatiseerd. Dat lijkt handig voor de boer, maar is het ook fijn voor de dieren? Neemt de technologie het niet steeds meer over van de veehouder?
Allereerst: de veehouder wil helemaal niet dat de technologie iets van hem overneemt. Technologie moet ondersteunen, maar het is nog altijd de veehouder die de beslissingen neemt. En dat moet ook! Het vakmanschap van de veehouder is nodig om te besluiten wat er moet gebeuren bij afwijkingen; technologie kan hem daarbij helpen. Sensoren zorgen voor extra oren en ogen in de stal, zodat de veehouder sneller en beter beslissingen kan nemen.
Wat heeft het dier hieraan? Wanneer de veehouder merkt dat een dier hoest, minder eet, minder melk geeft of een ander gedragspatroon vertoont, zal hij ingrijpen. Technologie kan zorgen dat de veehouder dergelijke signalen eerder opmerkt, door verschillende sensoren in de stal. Zo bestaat er een hoestmonitor voor varkens: een microfoon in de stal ‘hoort’ of de varkens hoesten, en stuurt een signaal naar de veehouder. Zo kan hij sneller ingrijpen en zieke dieren op tijd behandelen. Een ander voorbeeld is een camera waarmee activiteit van vleeskuikens in de stal wordt gemonitord. Wanneer de kippen ongelijk verdeeld zijn in de stal, kan er een voerleiding stuk zijn. De veehouder krijgt een signaal en kan snel ingrijpen. Er zijn stappentellers voor melkkoeien, waarmee activiteit wordt gemeten. Zo worden tochtige koeien gesignaleerd (een tochtige koe is actiever), maar ook kan worden opgemerkt of een koe afwijkend gedrag vertoont, wat kan wijzen op ziekte.
Dit zijn mooie voorbeelden van smart farming, waar zowel de veehouder als het dier iets aan heeft. Zo kunnen we bij grotere bedrijven toch genoeg individuele aandacht aan elk dier besteden: heel belangrijk voor het welzijn van zowel de veehouder als het dier.
(Bron foto: Pixabay)