Nieuws

Aandacht voor uiergezondheid bij geiten

Mastitis of uierontsteking komt soms voor bij melkgeiten, maar het is lastig te zien. Veel geiten hebben uierinfecties zonder duidelijke zichtbare verschijnselen. Het celgetal en kiemgetal kan helpen infecties op te sporen. Door aanpassing in de melkstal kun je infecties beperken.

Uiergezondheid krijgt in de geitenhouderij meer aandacht, schrijft Vakblad Geitenhouderij in het artikel 'Meer aandacht voor uiergezondheid'. Bij geiten komt mastitis of uierontsteking, een infectie veroorzaakt door de bacterie Staphylococcus aureus wel voor, maar het is lastig op te sporen. Veel geiten met uierinfecties hebben weinig duidelijke zichtbare verschijnselen.

Celgetal

Bij koemelk wordt het celgetal gebruikt als indicator voor een mastitisinfectie, maar bij geiten ligt dat lastiger, schrijft het vakblad. Het celgetal zegt iets over huidcellen en afweercellen in de melk. Bij een infectie neemt het aantal afweercellen snel toe. Maar het celgetal zegt niet alles. Bij geiten neemt het celgetal ook toe naarmate het lactatiestadium vordert en de melkproductie daalt. En oudere geiten hebben ook een hoger celgetal dan jongere geiten. Stress kan bovendien het celgetal kort verhogen.

Kiemgetal

Een andere maat is het kiemgetal dat het aantal bacteriën in de melk weergeeft. Het geeft een indicatie voor stal- en melkhygiëne. Uierinfecties kunnen wel invloed hebben op het kiemgetal, maar hoeveel is niet duidelijk. Om de oorzaken van een verhoogd kiemgetal te achterhalen is een checklist kiemgetal ontwikkeld die op de website van het vakblad wordt aangeboden.

Blauwuier

Een meer zichtbare aandoening is blauwuier. De uier of uierhelft wordt eerst rood, daarna ontstaat blauwverkleuring, uiteindelijk kan de uier afsterven. De bacterie S. aureus, die ook mastitis veroorzaakt, kan verantwoordelijk zijn voor de infectie. Een verkeerde afstemming van de melkstellen is een belangrijke factor die speenaandoeningen kan veroorzaken.

Melkproces

In een ander artikel 'Optimaal melken: zo doe je dat' legt ondernemer Ferdinand Veenstra uit hoe je het melkproces op melkgeitenbedrijven kunt verbeteren. Veel problemen zijn toe te schrijven aan een suboptimaal melkproces: denk aan mastitis. Besmetting met de bacteriën gebeurt tijdens het melkproces. 'De melkmachine is het transportmechanisme voor bacteriën naar de speen,' zegt hij. De problemen ontstaan bijvoorbeeld door wisselende luchtdrukverhoudingen in de pulsatieruimte van de tepelbeker. Als gevolg daar van krijgen geiten gezwollen spenen, of uierhelften worden niet goed uitgemolken en geiten worden lastig omdat de speen pijn gaat doen.

Je kunt problemen oplossen door de lay-out van de machine aan te passen. Aan de hand van tekeningen legt het vakblad uit dat je leidingen niet langer moet maken dan nodig en dat je bochten in leidingen moet voorkomen.

(Bron foto: Wageningen UR Livestock Research)