Nieuws

Omslag naar kringlooplandbouw krijgt een forse impuls

Samenvatting
  • Onderwerp
    Dierenwelzijn, Kringlooplandbouw, Duurzaamheid, Landbouwhuisdieren
  • Interessant voor
    Veehouder
Bekijk de bronnen
Omschakeling naar kringlooplandbouw in 2030 is nodig om de landbouw, tuinbouw en visserij nieuwe perspectieven te geven. Het is een omschakeling van voortdurende verlaging van de kostprijs van producten naar voortdurende verlaging van het verbruik van grondstoffen en een zorgvuldig beheer van bodem, water en natuur.

Dit is te lezen in het realisatieplan ‘Op weg met nieuw perspectief’ dat minister Carola Schouten van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV) vandaag naar de Tweede Kamer heeft gestuurd. In dit realisatieplan van haar visie 'Landbouw, Natuur en Voedsel: Waardevol en Verbonden', doet de minister uit de doeken hoe de beweging naar kringlooplandbouw in gang is gezet en onomkeerbaar is.

Waardevol en verbonden

Zoals in de Visie aangegeven, wordt van veehouderijketens verwacht dat zij komende jaren toewerken naar een productiesysteem op basis van kringlopen, waarbij zo min mogelijk schadelijke stoffen in het milieu terecht komen en risico’s voor volksgezondheid en dierenwelzijn beperkt zijn. De uitstoot van broeikasgassen moet omlaag, klimaatvriendelijk werken is de norm en de landbouw draagt bij aan behoud en herstel van biodiversiteit. Deze omslag naar kringlooplandbouw en verduurzaming zal veel van het aanpassingsvermogen van de dierlijke sector vragen.

Speerpunten beleid

Het Realisatieplan bevat de beleidsinzet die deze omschakeling stimuleert, onder andere:

  • Precisielandbouw en innovatie op boerenerf: Met precisielandbouw kan aan de hand van technologie precies bepaald worden wat de bodem, gewassen of vee nodig hebben;
  • Meer experimenteerruimte bieden: Boeren die de omslag naar kringlooplandbouw willen maken, lopen soms tegen knellende wetten en regels op. De minister gaat in eerste instantie in een vijftal gebieden agrariërs ruimte geven om tijdelijk af te wijken van bepalingen in wet en regelgeving;
  • EU-beleid (waaronder GLB) richten op kringlooplandbouw: In Europees verband wordt gewerkt aan het nieuwe Gemeenschappelijke Landbouwbeleid (GLB) voor de periode 2021-2027. Nederland zet zich in om de gelden die hieruit naar Nederlandse boeren en tuinders vloeien zoveel mogelijk in te zetten voor de transitie naar kringlooplandbouw;
  • Overheidsgrond benutten voor omschakeling: Agrarisch ondernemers tekenen met Staatsbosbeheer een samenwerkingscontract, waarmee het mogelijk wordt om enkele duizenden hectares pachtgronden die vrijkomen in te zetten voor boeren die zich willen ontwikkelen naar een natuurinclusieve bedrijfsvoering;
  • Via samenwerking reststromen benutten: In het voorjaar van 2020 moeten er afspraken zijn met het bedrijfsleven om alle niet door de mens geconsumeerde restproducten uit de voedselproductie en voedselconsumptie te hergebruiken;
  • Boer belonen voor duurzaam produceren: Er komen initiatieven om het verdienvermogen van boeren te verbeteren;
  • Belemmerende regels rond mest en afval wegnemen: Voor belemmeringen in wet- en regelgeving op het gebied van mest en afval, zowel nationaal als in EU-verband, wordt bekeken hoe deze kunnen worden aangepakt;
  • Korte ketens ondersteunen: Leggen van kortere lijnen tussen producenten en afnemers, en op regionaal niveau effectiever samenwerken.

Kennis- en innovatiebeleid

Om de omslag naar kringlooplandbouw te bereiken in 2030 te komen zet LNV een ondersteunend kennis- en innovatiebeleid in. Specifieke speerpunten met betrekking tot dierenwelzijn zijn:

  • De ontwikkeling en implementatie van integraal duurzame en emissiearme stal- en houderijsystemen die het leefklimaat voor mens en dier verbeteren;
  • De belevings- en gevoelswereld van landbouwhuisdieren in relatie tot de huisvesting van dieren. Kennis hierover is, naast kennis over het (natuurlijke) gedrag van dieren, relevant voor de wijze waarop landbouwhuisdieren worden gehouden en draagt bij aan de zorg voor de specifieke behoeften van dieren;
  • Dierenwelzijn in relatie tot transport en sterfte van jonge dieren. Verkennen van de mogelijkheden tot het verder beperken van diervervoer en verbetering transportcondities;
  • Het vermarkten van verduurzaming zowel op de binnenlandse markt als de export en de positie van de boer in de keten. Tegenover investeringen in duurzaamheid, waaronder dierenwelzijn, moet ook een redelijke vergoeding staan;
  • Het vergroten van het inzicht in de ethische aspecten van het huidige dierlijke productiesysteem in relatie tot maatschappelijke draagvlak.

    (Bron foto: Visuele samenvatting Realisatieplan_LNV)

    Publicaties

    (5)